Graag is a word widely used in Dutch sentences. There is no easy or literal translation for this word, but it can be added to any verb that expresses what one likes to do, eat, or drink. So it is a way to say that the subject enjoys doing the action of the verb.

Ik werk. > I work.
Ik werk graag. > I like to work.

Graag can also appear in the comparative form: liever. The superlative form, or in other words what you like the most (greatest degree), goes like this: het liefst.

Ik werk liever in de ochtend dan in de avond. > I rather work in the morning than the evening. (comparison)
Ik werk het liefst in de ochtend. > I like to work the most in the morning. (greatest degree)

Notes:
1. Graag is also being used as ´please´. Look the following example where one replies ´yes, please´:
Wil je koffie? > Ja, graag!
2. Graag in Graag gedaan is being used to say ´you´re welcome´. Look at the following example where one replies ´you´re welcome´:
Dankuwel mevrouw. > Graag gedaan.
3. Then at last we have heel erg graag. This we use to indicate that we want something very much or really like something. Look at the difference:
Ik wil graag thee drinken. > Ik want to drink tea.
Ik wil heel erg graag thee drinken. > I really want to drink tea.

Ik dans op zaterdag.
Ik dans graag op zaterdag.
Ik dans liever op zondag.
Ik dans het liefst op dinsdag.


1. Wilt u bestellen? > Ja, graag.
Kan ik uw bestelling opnemen? > Ja, twee wijn graag.
Meneer, kan ik u helpen oversteken? > Graag, dankuwel!


2. Bedankt voor het dessert. > Graag gedaan.
Bedankt voor het helpen met mijn tas inpakken. > Natuurlijk, graag gedaan!


3. Ik wil eten. > Ik wil heel erg graag eten.
Ik ben graag buiten. > Ik ben heel erg graag buiten.